In het komende themanummer zoomen we in op de publieke ruimte waarin we ons dagelijks voortbewegen. We vertrekken vanuit de vraag waartoe die publieke ruimte momenteel dient en door wie en wat die vormgegeven wordt. De wisselwerking tussen de inrichting en het gebruik van de publieke ruimte maakt meteen ook het spanningsveld zichtbaar tussen beleidsmakers en gebruikers. Harde infrastructuur contrasteert met de individuele beleving van die geplande ruimte. Hierbij schuift de subjectiviteit van veiligheid en straatintimidatie naar voor, wat in dit themanummer verder belicht wordt. Het ziet ernaar uit dat de publieke ruimte niet langer een gemeengoed is zoals voorheen. Daarbovenop wordt publieke ruimte steeds meer beknot door privatisering. Als vanzelf volgen bijdragen over het terug claimen van straten en pleinen, en straatexperimenten gericht om mobiliteit.
De publieke ruimte is een dynamisch theater waarin zich dagelijks menselijke verhalen ontplooien. We gebruiken de publieke ruimte allemaal en ervaren ze toch helemaal anders. Op het eerste zicht voelt deze ruimte vanzelfsprekend en functioneel. Toch bepaalt publieke ruimte in grote mate hoe we ons als samenleving organiseren, door bepaalde mogelijkheden te bieden en andere te ontnemen.
Van wie is het plein of het parkje aan het einde van de straat? Wie gebruikt het en wie voelt zich verantwoordelijk voor het beheer? De inrichting en het onderhoud van de openbare ruimte bepalen het gebruik van deze ruimten. Daarnaast zijn deze componenten van invloed op het eigenaarschapsgevoel over deze ruimten.
Hoe straatexperimenten niet alleen het sociale weefsel versterken, maar ook mobiliteit in steden herdefiniëren. Van groene oases tot autovrije zones, straatexperimenten tonen de weg voor de transitie van “straten voor verkeer” naar “straten voor mensen”.
Bij het testen van autoreducerende maatregelen ter verbetering van de leefbaarheid in twee wijken in München ontstond een emotioneel debat onder de buurtbewoners. Hoe kan men grote controverses vermijden bij tijdelijke projecten die steden ruimte bieden voor experiment?
De groeiende aandacht voor straatintimidatie heeft ertoe geleid dat gedragingen die voorheen als normaal werden beschouwd, nu ook op politiek niveau erkend worden als problematisch. Desondanks is er lokaal een aanzienlijke variatie in de definitie van straatintimidatie, en volgens critici werkt de focus op de straat stigmatisering in de hand.
Stel je voor dat je ’s nachts alleen naar huis fietst. De kortste route naar huis leidt je via een plein. Er hangen nog wat mensen rond. Je kunt ze niet goed zien, maar hoort dat ze wat naar je roepen. Met kloppend hart fiets je snel weg.
Wereldwijd zijn er ongeveer 50 miljoen skateboarders. Hun bewegingen en leefwereld blijven niet gebonden aan skateparken of half-pipes. Met hun vindingrijke kijk op de omgeving is de straat een ultieme speeltuin, waarin straat-skateboarders spelen met het machtsevenwicht van publieke ruimte.
Ansichtkaarten worden al sinds de 19e eeuw gebruikt door toeristen. Maar hoe kunnen zij relevant blijven in het hedendaagse tijdperk waar niet alleen het toerisme sterk is veranderd, maar ook sociale media het direct delen van reiservaringen mogelijk maakt?
AGORA verkende eerder de ruimtelijke impact van een platform als Airbnb. Een vergelijking tussen onze hoofdsteden ontbreekt tot nu toe. Ontwikkelingen in de regelgeving in Brussel en Europa lijken het perfecte moment hiervoor.