Corneel Casier
Ooit geprobeerd een bestemming te bereiken via Google Maps terwijl je dacht dat een andere route toch sneller zou zijn? Als toerist in een stad naar een kaart staan staren om de route naar het volgende monument te vinden? Er bestaat een loopdiscipline waarin juist deze uitdaging centraal staat: “oriëntatielopen”.
In deze relatief onbekende outdoor-navigatiesport proberen deelnemers met behulp van kaart en kompas de weg te vinden. Het doel is om een vooraf onbepaalde route te volgen door alle controlepunten in de juiste volgorde te lokaliseren. Deze sport combineert fysieke activiteit met mentale uitdagingen, waarbij deelnemers terreinkenmerken moeten interpreteren en navigatiebeslissingen moeten nemen om efficiënt door het landschap te bewegen. Oriëntatielopen ontstond in het begin van de 20e eeuw in Scandinavië gezien het – voor de komst van satellietnavigatie – aanzienlijke militaire voordelen bood in bosrijke gebieden. In de loop der tijd evolueerde oriëntatielopen van een puur militaire oefening naar een recreatieve activiteit en uiteindelijk een competitieve sport die wereldwijd wordt beoefend, met ambities om als Olympische discipline erkend te worden.
De klassieke vorm van oriëntatielopen richt zich op het navigeren door bossen. Hierbij is het essentieel om vertrouwen te hebben in je ruimtelijk inzicht en besluitvaardigheid. Het vermogen om snel het terrein te scannen, relevante kenmerken te identificeren, en strategische routes te kiezen, speelt een cruciale rol. Daarnaast is flexibiliteit en het vermogen om snel te reageren op onverwachte obstakels of veranderingen in het terrein belangrijk. Dit vereist een combinatie van ervaring, intuïtie en een goed begrip van kaartlezen en kompasgebruik. De laatste jaren wordt de sport steeds vaker beoefend in stedelijke omgevingen. Bij deze sub-discipline ligt de nadruk nog meer op snelle routekeuzes in wijken van dorpen en steden. Deze verschuiving naar stedelijke gebieden heeft de sport breder toegankelijk gemaakt en draagt bij aan het vergroten van het bewustzijn van stedelijke ruimtes en hun culturele en architectonische waarde. De sport laat deelnemers plaatsen verkennen waar ze anders zelden zouden komen. Het is juist deze interactie tussen sport en stedelijke omgeving die oriëntatielopen zo interessant en relevant maakt voor zowel stadsplanners als atleten en recreatieve sporters. Zo hebben de specifieke kenmerken van de omgeving, zoals bijvoorbeeld een stad met veel nauwe steegjes en onderdoorgangen, of een planmatig aangelegde tuinwijk met veel overzicht, een impact op hoe snel je je als loper doorheen de kaart kan bewegen. Deze variatie in stedelijke structuren daagt deelnemers uit om hun navigatievaardigheden aan te passen aan verschillende omgevingen, wat zorgt voor een verrijkende ervaring en een dieper begrip van de interactie tussen mens en ruimte.
Oriëntatielopen kan op verschillende niveaus worden beoefend, van recreatief tot competitief, en is geschikt voor mensen van alle leeftijden en vaardigheden. Door de niche van hun sport zijn oriëntatielopers sterk afhankelijk van de aangeboden wedstrijdkalender en beschikbare gebieden en kaarten. Soms is het alleen tijdens wedstrijden toegestaan om bepaalde gebieden op een kaart te belopen doordat die in privé-eigendom zijn. Het aantal kaarten is daarbij in Vlaanderen en Nederland eerder beperkt. Dit heeft tot gevolg dat veel wedstrijden, vooral die in bossen, plaatsvinden in gebieden die moeilijk bereikbaar zijn met het openbaar vervoer, wat de sport autoafhankelijk maakt. Deelnemers worden zo vaak gedwongen om lange afstanden te rijden om deel te nemen aan wedstrijden, wat een mogelijke uitdaging vormt en de sport minder inclusief maakt voor potentiële beoefenaars.
Kortom, oriëntatielopen biedt sporters de kans om de stedelijke of natuurlijke omgeving op een andere manier te ontdekken, hun navigatievaardigheden te testen en te ontwikkelen, en de stedelijke omgeving beter te begrijpen.
Corneel Casier (corneel.casier@ugent.be) is als doctoraatsonderzoeker verbonden aan de vakgroep Geografie van de Universiteit Gent, en is redacteur bij AGORA.